Je bent hier aan het begin van de Hollandsebaan aan de kruising met Scheplakens.
Meer dan waarschijnlijk kent de Hollandsebaan zijn ontstaan tijdens het Hollands bewind tussen 1815 en 1830; voor de onafhankelijkheid van België dus.
De gele kaart is een plan van de Antwerpse Kempen uit 1828 (bijna 200 jaar geleden).
Opvallend op het plan uit de begin 19de eeuw is de kaarsrechte weg van Diest via Geel over Turnhout naar Nederland.
Rond 1828 zijn er blijkbaar verschillende plannen en ontwerpen voor nieuw aan te leggen wegen in de Kempen. Eén van de plannen is een rechtstreekse weg van de kerk van Diest naar de kerk van Geel en zo door naar Turnhout, Baarle-Hertog tot in Nederland. Dit is getekend op het plan als een weg die lijkt alsof ze met een lat op de kaart is getrokken. Vermoedelijk is de Hollandsebaan een deel van dit kaarsrechte traject.
Oudere inwoners van Winkelomheide bevestigen het verhaal, maar de weg werd nooit gefinaliseerd.
Op de kaart is duidelijk de kaarsrechte lijn van Diest over Gheel en Turnhout naar Baarle-Hertog zichtbaar.
De Plezante Heiknuiterswandeling leidt je via de Hollandsebaan naar Scheplakens. Wist je dat Scheplakens één van de oudste genoemde wegenissen is tussen ‘Willaers en Eynthout’ (Wilders en Eindhout)?
Al in 1444 is er sprake van ‘een beemt de Sciplake uytcomende aen de Coelfszegghe’.
Dit laatste betekent ‘Kwalijkzeg’. Dit gebied ligt tussen de Grote Nete en de Scheplakens en is ook vandaag nog een zeer moeilijke en zelfs gevaarlijke te bewandelen strook wegens zinkgaten en driftgrond.
Vanaf 1474 duikt de naam Sceplake of Scheplaeck herhaaldelijk op. Rond 1843 vermeldt de Atlas des Chemins:
Scheplaeckenstraat, chemin du humeau de Willaers à Eynthout ofwel de weg van het gehucht Wilders naar Eindhout.
De naambetekenis van de straat is niet helemaal duidelijk. Lake of laak betekent water. In het werk over de oorsprong van gemeentenamen van de hand van Carnoy wordt Schiplaken verklaard als ‘een watertje waaruit men water schept…’.
Wat zou het volgens jou kunnen betekenen?
Zinkgaten en driftgrond zijn nu ook nog aanwezig tussen de Grote Nete en Scheplakens.
Bronnen:
Uitgave: Waar is de tijd, Kempen, deel 2